Een overzicht van enkele belangrijke Vlaamse overheden en luchtvaartorganisaties die mee beslissen en van betekenis zijn voor de luchtvaart en in het bijzonder motorvliegen is hier zeker op zijn plaats. Zij bepalen mee het beleid van onze vliegclubs en de toekomst voor onze piloten.

 

Luchtvaart en de Vlaamse overheden

Het zal voor velen verrassend klinken maar na de verschillende staatshervormingen van de laatste decennia liggen het grootste deel en de belangrijkste bevoegdheden met relatie tot de overheden voor vliegclubs en piloten bij de gewesten en gemeenschappen. Welke zijn nu deze bevoegdheden in Vlaanderen? Een klein overzicht zal veel duidelijk maken:

Luchtvaart en sport : erkenning voor vliegclubs en piloten.

Eén van de belangrijkste overheden voor onze organisatie, onze leden en beoefenaars, is het Vlaamse ministerie van Sport.


 

Luchtactiviteiten worden in het decreet van 13 juli 2001 en het besluit van 5 december 2008 van de Vlaamse Gemeenschap door de bevoegde minister van het Vlaamse ministerie van sport duidelijk omschreven. Erkenning en subsidiëring zijn mogelijk indien zowel de clubs als de beoefenaars aan deze voorwaarden voldoen. Erkenning geeft aan onze vliegclubs de toegang tot de sportraad in de gemeente.

Wanneer onze vliegclubs aan de sportvoorwaarden voldoen zal VVMV vzw een aanvraag indienen om erkend te worden als sportfederatie, een trapje hoger op de ladder. Het uiteindelijke doel wordt “het vermelden van luchtactiviteiten“ op de sporttakkenlijst. Dit laatste is echter een politieke kwestie en zal de nodige moed vergen van alle betrokken partijen en instanties.

Luchtvaart en mobiliteit : actief meewerken

Luchtvaart speelt naast scheepvaart, spoorwegen en wegtransport een belangrijke rol in het economisch leven van onze regio. Met de luchthavens van Zaventem, Oostende, Antwerpen, Kortrijk en verschillende kleinere vliegvelden is luchtvaart een belangrijke economische transportpijler in Vlaanderen.


 

Momenteel maakt VVMV vzw deel uit van de 3 FAN werkgroepen bij het Vlaamse ministerie van verkeer. FAN staat voor Flanders Air transport Network. In deze werkgroepen zitten alle belangrijke Vlaamse luchtvaartspelers, de professionelen en gelukkig nu ook de motorvliegclubs. Onze stem is hier des te belangrijker geworden aangezien hier initieel uitsluitend de professionele luchtvaart aanwezig was. Onze stem moet blijvend gehoord worden om niet te worden vergeten.

FAN 1 : Regelgevend kader

In deze werkgroep worden alle punten aangehaald en besproken die de werking van onze luchthavens aangaat. Het meest gekende item zijn ongetwijfeld de landingskosten die onze piloten moeten betalen op onze regionale internationale vliegvelden. Te duur voor GA/AW, we zullen het blijven herhalen.

FAN 2 : Concurrentiekracht en Level Playing Field

De naam van deze werkgroep zegt veel zo niet alles. Level Playing Field is het vergelijken van de kosten met die van de ons omringende landen. Hieruit moet onze concurrentiekracht blijken.

FAN 3 : Innovatie en technologie

Alles wat enigszins met innovatie en technologie van de luchtvaart te maken heeft, wordt hier besproken. Onderwijs en wetenschap staan hier eveneens in het daglicht.

Onderwijs en wetenschap in luchtvaart: ook in Vlaanderen

Onbekend is vaak onbemind. Vele geïnteresseerden moeten al goed zoeken om te weten in welke scholen er luchtvaartonderwijs gegeven wordt. Hoe worden deze studenten gevormd die graag in de luchtvaartsector willen te werk gesteld worden?


 

In Vlaanderen bestaan er enkele scholen waar conform PART66 voorschriften van EASA verschillende technische certificaten kunnen behaald worden.

Luchtvaartstudies in Vlaanderen :

Luchtvaartstudies buiten Vlaanderen :

  • Speciale vermelding toch voor de TU Delft te Nederland waar vele van onze Vlaamse studenten aan de afdeling lucht en ruimtevaarttechniek studeren.
  • Wallonië: Wallonie Aerotraining Network - Gosselies

Wat is het verschil tussen de opleiding lucht- en ruimtevaart van de KULeuven en deze van TUDelft?
(BRON : http://www.mech.kuleuven.be/onderwijs/master/masterinfo)

Het verschil zit in het concept van de ingenieursopleidingen in Vlaanderen ten opzichte van deze van Nederland. In Vlaanderen hebben we een algemene, generieke basisopleiding met een vrij volledig vakkenpakket in de Bachelor. In Nederland start men meteen binnen een toepassingsdomein. Dat is natuurlijk aantrekkelijk voor de student, maar dat heeft anderzijds ernstige nadelen. Men verwaarloost belangrijke vakgebieden die op het eerste gezicht niet in de directe lijn van de toepassing liggen. Zo heeft bij voorbeeld de student TUDelft-LR geen enkel vak scheikunde. Daarnaast vergt de opbouw van kennis via toepassingen meer tijd, wat blijkt uit het feit dat de eindtermen van de opleiding Werktuigkunde van de KULeuven op meerdere vakdomeinen een stuk verder liggen dan deze van de TUDelft.

Luchtvaart en zijn omgeving : respect voor mens en natuur


 

Wie van onze clubs en piloten kent deze problematiek niet met als hoofdpunt de geluidsoverlast? Onze vliegclubs hebben een ruime ervaring met het bekomen van de omgevingsvergunning klasse 1 en 2. Allen zijn we ervan bewust dat deze thema’s van belang zijn. Vele van onze vliegclubs hebben dank zij hun inzet en kennis een goed inzicht in de vele omgevingswetten, bouwkundige aspecten en uitbatingsproblematieken die hierbij komen kijken. Luchtvaart en omgeving, het gaat wonderwel best samen zolang de belanghebbende partijen bereid zijn oplossingen te zoeken. Het goede samenwerken van omgeving, luchtvaart en uitbating wordt door vele vliegclubs gedurende vele jaren al bewezen.